Zonne-energie is letterlijk hot. Geen wonder. Je helpt als bedrijf of gemeente mee aan een duurzame wereld en kunt, door je grond voor 25 jaar te verhuren als zonnepark, ook nog eens geld verdienen. Maar hoe regel je dat? Solar Proactive uit Tynaarlo biedt uitkomst. Door al het regelwerk uit handen te nemen. “Wij zetten op een rijtje wat mogelijk is en gaan dat regelen. Kortom, wij ontzorgen”, legt directeur Gerrie Grootjans van Solar Proactive uit.
Het bedrijf heeft sinds de oprichting in 2014 al honderd hectare aan zonneparken gerealiseerd, waarvan het overgrote deel in Noord-Nederland. Samen met partner Solarfields zijn er plannen voor nog eens honderden hectares. “Ik ben een Noorderling, ken de regio goed en heb hier mijn netwerk. Solar Proactive is van het Noorden en voor het Noorden”, aldus de directeur, die in pre-coronatijd regelmatig op de tribunes van de Euroborg te vinden was.
Stroomnet
Een zonnepark realiseren kan al vanaf tien hectare. Solar Proactive ontzorgt dan volledig. Ze maken niet alleen de vergunning voor elkaar, maar zoeken ook een geschikte partij om het zonnepark te bouwen en misschien wel het belangrijkste: Solar Proactive garandeert dat het zonnepark uiteindelijk ook op het stroomnet aangesloten wordt. Dat lijkt logisch, maar is dat zeker niet. Grootjans: “Het energienet in Noord-Nederland kan het aanbod van groene stroom bijna niet aan. Onze regio is van oorsprong agrarisch en heeft dus minder capaciteit dan bijvoorbeeld industriegebieden zoals de Randstad. Er zijn partijen die hogere vergoedingen aanbieden, maar zonder aansluiting heb je daar niet zo veel aan. Solar Proactive is een van de weinige bedrijven die dit waarmaakt. Dat zetten we ook zwart op wit in het contract.”
Geen glazen stad
Het enthousiaste betoog van de Drentse duurzaamheidsondernemer wordt niet door iedereen gedeeld. Het idee dat het massaal bouwen van zonneparken Nederland verandert in een soort ‘glazen stad’ klopt volgens hem niet. “In 2030 moet 70 procent van de Nederlandse energie duurzaam zijn. Om die doelstelling te halen, is er ongeveer 12.000 hectare aan zonnepanelen nodig. Dat is 0,7 procent van de landbouwgrond. Bovendien zijn zonnepanelen op daken duurder dan op de grond. En gebouwen kunnen vaak een extra belasting van zonnepanelen niet dragen. Versterking werkt behoorlijk kostenverhogend en brengt ook met zich mee dat een bedrijf ontruimd en leeggehaald moet worden, met alle verstoringen van dien.”
Buurt profiteert
Omwonenden profiteren financieel fors mee van een zonnepark. Een deel van de opbrengst gaat namelijk altijd direct naar de ‘buren’. Er wordt gemikt op 50% lokale betrokkenheid. Dat kan ook zonder forse investeringen. Solar Proactive heeft daar een zeer praktische oplossing voor, zonder dat er door de coöperatie/omgeving hoeft te worden geïnvesteerd. “Er is dus geen risico voor de lokale participatie, maar wel een vastgelegde afspraak over betaling en samenwerken en een duidelijke werkverhouding. De jaarlijks aan de direct omwonenden te betalen bedragen kunnen naar eigen inzicht worden gebruikt, waaronder het gebruiken van die bedragen voor energiebesparingen die op zich ook weer geld opleveren.”
Biodiversiteit
“Ook de natuur heeft baat bij de komst van een zonnepark. Door een specifiek beheer keren fazanten, patrijzen, maar ook bijzondere bloemen, bijen en vlinders terug.” De biodiversiteit zal volgens de ondernemer behoorlijk toenemen ten opzichte van de bestaande situatie. Solarfields is initiatiefnemer van het grootste Nederlandse ecologisch onderzoek naar biodiversiteit en bodemkwaliteit van Nederlandse zonneparken. In dit onderzoek, dat wordt uitgevoerd door de Rijksuniversiteit Groningen, wordt de komende vijf jaar bij vijftien Groningse zonneparken de bodem, begroeiing, insecten, zoogdieren en vogels gemonitord. Het doel van het onderzoek is te komen tot de meest optimale inrichting en beheer voor biodiversiteit en bodemkwaliteit. Solar Proactive is een van de partners die dit onderzoek mogelijk maakt. “Zonne-energie biedt heel veel mogelijkheden en Noord-Nederland kan daarvan profiteren. Wij denken daar graag in mee”, besluit Grootjans.
