Dertig dagen lang hebben verschillende Nederlandse werkgevers vanaf 13 september op een ‘auto-dieet’ gestaan om werknemers te stimuleren structureel voor duurzamer reisgedrag te kiezen. De Provincie Groningen is daarom in de prijzen gevallen: medewerkers reizen het meest duurzaam. Nu, na het coronajaar, lijkt gedragsverandering meer dan ooit nodig.
Het jaar thuiswerken – eigenlijk een continu auto-dieet – heeft na de lockdown niet geleid tot afname van autogebruik. De Nederlandse wegen staan weer overvol. Voor organisator Stichting de Reisbeweging is het juist nu belangrijk om de beste deelnemers van het Low Car Diet te belonen. ‘Werkgevers hebben de verantwoordelijkheid om duurzaam reizen, reizen buiten de spits en, ja, ook thuiswerken te stimuleren. Alleen op die manier dringen we autogebruik terug. We moeten nu doorpakken om de winst van de afgelopen jaren niet te zien verdampen.’
Ambitie provincie Groningen
De Provincie Groningen wint omdat daar de medewerkers het vaakst hun auto lieten staan. ‘Als Provincie Groningen willen we de medewerkers optimaal ondersteunen om elders te werken en zo reisbewegingen af te laten nemen. Op deze manier dragen we bij aan de provinciale ambitie op duurzame ontwikkeling in onze organisatie’, zegt een woordvoerder van de provincie. Ook afzonderlijke deelnemers konden winnen. Zo is een medewerker van Arcadis in de prijzen gevallen. In andere categorieën won de Provincie Flevoland (de schoonste), Arcadis (de fitste), de Provincie Gelderland en Reinaerde (de meest efficiënte).
Aandacht voor duurzame en slimme mobiliteit blijkt hard nodig
Het was niet makkelijk om dit jaar deelnemers te werven voor het Low Car Diet. Vooral door het thuiswerken hebben werkgevers onderschat hoe nodig het was om aandacht te blijven besteden aan duurzame en slimme mobiliteit. De wens om weer in de kantooromgeving met collega’s samen te werken is groot. Tegelijkertijd heeft corona gezorgd voor ongemak bij reizen met het OV en is ook carpoolen lastig. De auto blijft dan voor grotere afstanden over als enige, maar ook de minst schone optie.
Werkgevers hebben vaak nog geen beleid voor thuiswerken
Regelmatig thuiswerken levert uiteindelijk een zeer belangrijke bijdrage. Het Planbureau voor de Leefomgeving denkt dat dit het grootste effect heeft op duurzame mobiliteit. Aan de andere kant richten werkgevers zich niet massaal op de vraag of hun personeel veel vaker kan thuiswerken. Werknemers die dat zouden willen, gaan dat bij ontbrekend beleid van hun werkgever lang niet altijd doen. Er moet echt een nieuwe balans ontstaan.