Een beetje dom
Wie is er slim genoeg om vooraf zijn eigen domheid te overzien? Ik moet bekennen: ik ook niet, meestal pas achteraf. Bij de supermarkt in Jubbega staat een vrouw zonder lege flessen voor de flessenautomaat. Ik wacht geduldig met mijn boodschappenkrat met lege flessen tot ik aan de beurt ben. Terwijl ik me afvraag waarom zij zonder ook maar één lege fles voor die automaat staat, haalt zij haar bankpas tevoorschijn en probeert die in de gleuf te duwen waar normaal gesproken de flessenbon uitkomt. Dat lukt niet en dan dringt het tot haar door dat ze voor de verkeerde automaat staat. Ze stapt snel twee meter naar links, naar de losse geldautomaat. Glimlachend over deze vergissing stap ik naar voren.
Zelfverzekerd leg ik de eerste fles op de lopende band in de automaat. Met een luide piep geeft de automaat de fles terug. Het is een lege wijnfles, net als de rest van de flessen in mijn krat, en daarop heeft nog nooit statiegeld gezeten. Aan domheid is nooit gebrek. Het mooie aan domheid is dat het iedereen kan overkomen, hoe slim je ook bent. In onze drang naar duurzame transities doen we natuurlijk ook domme dingen, dat kan niet uitblijven. Door de overtuiging dat het heel belangrijk is wat we aan het doen zijn, worden we juist extra vatbaar voor domheden.
Denk aan windmolenwieken die niet recyclebaar bleken en aan overambitieuze projecten om bestaande woonwijken nu al van het aardgasnet af te koppelen. Nog een voorbeeld: de aanleg van zonneparken op landbouwgrond. De subsidies zijn zo hoog dat boeren een heel aantrekkelijke huurprijs kan worden geboden, waarna de goede grond, die ook voor voedselproductie kan dienen, wordt vol gezet met zonnepanelen. Ongetwijfeld gaat de gifspuit er ook nog aan te pas komen om hoog onkruid tussen de panelen te weren. Hoe duurzaam is dat? Terwijl er nog zoveel grote daken liggen die kunnen worden gebruikt, of parkeerterreinen die met panelen kunnen worden overdekt. Voor de ontwikkelaars van zonne-energieparken met een door de overheid gesubsidieerd verdienmodel is dat veel meer moeite. Die willen snel hectares vullen, en we hadden toch haast met de energietransitie?
Het is te hopen dat de leercurve steil is en we ons steeds sneller bewust worden van de domheden die we in naam van de duurzaamheid begaan. Net als in het klassieke voorbeeld van de man die op de boomtak zit die hij aan het afzagen is en die er snel achter zal komen wat hij in zijn ijver over het hoofd ziet.
Sytze Keuning
Bioclear Earth